Visie VZW KSAS: Katholieke Scholen aan de Schelde

Deze visietekst beoogt duiding te geven bij onze benadering van diverse school- en onderwijs-gerelateerde thema’s. We vinden het belangrijk deze visie publiek te maken en daarmee uit te nodigen voor dialoog.  Scholen zijn bij uitstek plaatsen voor uitwisseling, gesprek en groei ….. ‘Samen’ is de slagzin voor vele zaken in deze context. Iedereen die het goed meent met KSAS dragen wij een warm hart toe; gelukkig zijn het er heel wat: leerlingen, ouders, buren, leerkrachten, medewerkers, directies, bestuur… allemaal samen dragen wij onze missie en visie uit. ‘Samen’ betekent ook dat de verschillende scholen hun eigenheid respecteren en daardoor opgaan in de omgeving en tegelijk de krachten bundelen in de scholengemeenschap. Dat is wat ook onze schoolteams moeten doen: onder leiding van een motiverende en coachende directeur zowel zelfstandig als in groep kinderen laten evolueren. Deze visie kwam tot stand na intern overleg en is een goed fundament om te blijven werken aan de uitstraling en bekendheid van de scholen en de schoolgemeenschap en aan de ontwikkeling van ons dierbaarste bezit.

Voor het realiseren van onze missie zet het schoolbestuur in op:

  • een personeelsbeleid dat gebaseerd is op het respect voor elke mens en op wederzijds respect voor de rechten en plichten van iedereen die werkt binnen onze scholen. Het personeelsbeleid wordt gevoerd op het snijpunt tussen het belang van een goede schoolorganisatie en het persoonlijk belang van de medewerkers. Transparantie, efficiëntie en permanent overleg zijn hiermee onlosmakelijk verbonden. We stimuleren zowel de persoonlijke competentie als samenwerking en teamoptreden: ‘wij maken samen school’ is geen hol begrip in KSAS.
    Een centraal secretariaat ontlast de lokale schoolsecretariaten door zorg te dragen voor de concrete verwerking van de personeelsdossiers en ondersteunt de directies in hun personeelsbegeleiding. De werkgroep personeelsbeleid volgt deze benadering op vanuit het schoolbestuur.
  • een financieel- en materieel beleid dat sterk ondersteunend is voor onze directies. Dit beleid moet zowel de dagelijkse als de lange termijn-financiering voor ogen houden. Vandaar dat een vast percentage van de werkingsmiddelen door het schoolbestuur centraal wordt beheerd en waardoor ook op dit vlak tussen en over scholen samenwerking tot stand komt. De financiering van het onderhoud, de (bouw)planning en investeringen gebeuren centraal. Dat wordt opgevolgd door de werkgroep financiën en infrastructuur. De boekhouding van alle scholen gebeurt centraal binnen de infrastructuur toegewezen aan de diensten van gecentraliseerd voor de scholengemeenschap.

Het schoolbestuur investeert tevens in de uitbouw van een klusjesdienst. Daarop kunnen onze scholen beroep doen bij kleine en grotere mankementen op gebied van infrastructuur.
 

  • een beleid dat de pastorale werking en de Identiteitsbeleving op de scholen ondersteunt.
    Vanuit de Christelijke traditie, trachten we lokaal kerkverbonden te werken en via de naamgeving van onze scholen uiting te geven aan onze christelijke wortels.. Het schoolbestuur  presenteert zich als partner aan de lokale kerkgemeenschap om

het pastorale gebeuren lokaal en hedendaags te ondersteunen. Het schoolbestuur wil vanuit de pastoraal van de presentie, beleid voeren. Dat beleid wordt mede ondersteund door de werkgroep Identiteit en pastoraal.

 

  • een beleid dat de individuele scholen ondersteunt op het vlak van de schoolorganisatie. Vanuit het principe van het ‘Wij-denken’ is het belangrijk dat het schoolbestuur het algemeen belang van de gemeenschap in de planning en het beleid vooropstelt. Daarom is het belangrijk dat het schoolbestuur goed geïnformeerd is over de noden en behoeftes van de individuele scholen. Vanuit die kennis en vanuit de input van de Algemeen directeur die de infoverstrekker bij uitstek is, kan het schoolbestuur de juiste beslissingen nemen. Samenwerking tussen de scholen verder uitbouwen en gemeenschappelijke oplossingen aanbieden voor gelijkgerichte problemen, is een belangrijke taak voor het schoolbestuur. Structurele oplossingen voorstellen aan scholen voor kinderen met een problematische opvoedingssituatie en voor kinderen met een taalachterstand zijn een prioriteit. De kwaliteit van de ondersteuning van het CLB is een blijvend aandachtspunt. De werkgroep schoolorganisatie zal dit van nabij opvolgen.
    Ook de uitbouw van een sterke ICT-ondersteuning voor onze scholen is van primordiaal belang. Het schoolbestuur investeert zowel op gebied van het aantal computers op klas- en schoolniveau als op gebied van de ICT-medewerkers ter ondersteuning van de ICT-werking.
    De werkgroep schoolorganisatie zal dit beleid mee opvolgen.

  • een goed uitgebouwd communicatiebeleid. Wij opteren uitdrukkelijk voor een open en constructieve interne communicatie met onze directies, personeelsleden en leerkrachten. Daarvoor kozen we o.a. bewust voor de installatie van beeldschermen in alle leraarslokalen waar de info rechtstreeks naar alle personeelsleden op hetzelfde tijdstip kan gebeuren. Hierin spelen onze directeurs een belangrijke rol. Het is hun expliciete taak om de verwachtingen, de genomen besluiten, de bezorgdheden vanuit het schoolbestuur naar hun personeelsleden open en positief te communiceren. Ook omgekeerd is het hun taak om de bezorgdheden van het personeel en de ouders met het schoolbestuur te communiceren. Tegenover ouders, leerlingen en andere externe contacten onderhouden we via diverse communicatiestructuren een permanent contact. Diverse initiatieven (o.a. een specifieke internettoepassing) moeten dit mogelijk maken. Ook voor deze doelgroep is de directeur het aanspreekpunt bij uitstek.
    De uitbouw van communicatiestructuren is een bewuste beleidsoptie.
  • een pedagogisch beleid dat de lokale school faciliteert om een eigen pedagogisch beleid te voeren maar anderzijds oog heeft voor gemeenschappelijke (binnen de scholengemeenschap) gelijkgerichte accenten. De eigen school krijgt de autonomie om een eigen pedagogisch beleid te voeren. Toch moet er in samenspraak met de collega-directeurs gemeenschappelijke doelen, nagestreefd worden. We denken hier op de eerste plaats aan het streven naar een goede onderwijskwaliteit, rekening houdend met de beginsituatie van elke school (SES-kenmerken van de leerlingen), het werken aan ZILL en aan het vernieuwde ROK-kader.
    Gemeenschappelijke pedagogische noden, zoals het ondersteunen van leerlingen met problematische opvoedingssituaties en structurele taalachterstand, moeten op niveau van de scholengemeenschap aangepakt worden. Het schoolbestuur investeert bewust, zowel op financieel en materieel gebied als op het gebied van lestijden, in deze gemeenschappelijke noden. De aandacht voor de sociaal-zwakke leerlingen binnen onze populatie moet een voortdurend aandachtspunt blijven voor het schoolbestuur. Dit zowel vanuit een pedagogische als een Christelijke bezorgdheid.  Jaarlijks zal het schoolbestuur een vast bedrag voorzien voor kansarme leerlingen die de financiële mogelijkheden niet hebben om meer professionele hulp in te roepen bij pedagogisch-didactische noden.
    Ook hebben we speciale aandacht voor onze beginnende leerkrachten. Het schoolbestuur opteert bewust voor de in stand houding van het ambt van mentor. Die zal gedurende de eerste drie jaren van hun carrière op een consequente manier de beginnende leerkrachten opvolgen en coachen in samenwerking met de directies en de Algemeen directeur.

De werkgroep pedagogisch beleid zal dit beleid mee opvolgen.

  • De veiligheid en het sociaal welbevinden van onze leerlingen en personeelsleden is een belangrijk item voor het schoolbestuur. We investeren bewust in preventie en veiligheid. De organisatie van een voltijdse preventieadviseur is daarvan het gevolg. Die zal in samenwerking met de Algemeen directeur en de lokale directeurs een gestructureerd beleid uitbouwen dat voor alle scholen van de scholengemeenschap van toepassing is. De interne dienst voor preventie en welzijn krijgt daardoor onder meer vorm. Ook de collega’s die instaan voor het psychosociaal welzijn van onze personeelsleden maken daarvan deel uit. De werkgroep schoolorganisatie volgt dat op.